Preventie maatregelen kunnen de kans op inbraak verkleinen. Natuurlijk zijn goede sloten een must, een alarminstallatie een prima optie, maar er zijn genoeg kleine dingen die je zelf kunt doen, zonder dat het kapitalen gaat kosten.
- Zorg dat de woning er bewoond blijft uitzien. Laat ’s avonds licht branden, ook boven, en hang gordijnen op.
- Gebruik goede buitenverlichting. Doe in de donkere dagen al aan het eind van de middag het buitenlicht aan.
- Zet geen herkenbare dozen van nieuwe apparatuur bij het vuilnis. Vouw dozen op of breng ze rechtstreeks naar het afvalbrengstation.
- Vraag buren een oogje in het zeil te houden.
- Bewaar geen sleutels onder de deurmat of op andere voorspelbare plekken.
- Zorg dat opklimmen onmogelijk is; zet ladders en vuilcontainers weg. Inbrekers proberen vaak de bovenverdieping.
- Laat geen sleutel in het slot zitten. De inbreker kan dan te makkelikk de deur opnemen door een gaatje te boren of de ruit in te slaan.
- Plak geen ‘Ik ben even weg’-briefje op de deur.
- Hang geen adreslabel aan uw sleutelbos. Geen adreslabel aan de buitenkant van uw koffer; Op schiphol zoeken handlangers vakantieadressen.
- Sluit ramen en deuren, doe de deur op het nachtslot.
- Vergeet de garagepoort niet af te sluiten.
- Laat waardevolle spullen niet in het zicht van voorbijgangers liggen.
- Bewaar uw kostbaarheden verspreid over de woning op ongewone plaatsen.
- Hang autosleutels niet zichtbaar aan een haakje.
- Bewaar niet te veel geld in huis.
Wat kun je als buurman/vrouw doen, als je ook maar vermoedt dat er iets niets pluis is in de buurt?
Een vreemd figuur die bij huizen naar binnen loert, valt altijd op. Of activiteiten bij een huis waarvan je weet dat de bewoners op vakantie zijn. Wanneer je dan 1-1-2 belt, kan de politie wellicht heel snel een inbraak voorkomen of een inbreker op heterdaad aanhouden! Het bellen van 1-1-2 is dus niet alleen voor levensbedreigende situaties, maar zeker ook voor verdachte situaties waarbij de politie een misdrijf kunnen voorkómen. En voorkomen is altijd beter dan ….
Gelegenheidsinbreker
De meeste inbraken (ongeveer 80 procent) worden gepleegd door ‘gelegenheidsinbrekers’. Een gelegenheidsinbreker werkt met klein materiaal: een tang of een schroevendraaier. Hij komt pas in actie als hij een pand ziet waar op eenvoudige wijze wat te halen is. Vervolgens wil hij maar één ding: snel zijn slag slaan. Aan goede verlichting, stevig hang- en sluitwerk en degelijke ramen en deuren heeft hij een hekel. Hij houdt ook niet van oplettende bewoners en buren.
Inbraakmethoden.
Openbreken, insluipen, ingooien, gaatje boren, bulgaarse methode, flipperen, hengelen. Kijk maar eens op Youtube inbraakmethode
Meer over woninginbraak kun je lezen op de website van de politie.
Bronnen: Politie, St. Veiligheid en preventie
Volg ons!