Met enige weemoed besprak de raadscommissie Ontwikkeling van de gemeente Haarlem – waarschijnlijk voor het laatst – de verkoop van de Watermeterfabriek aan de Noord Schalkwijkerweg 117. Dit maakt de weg vrij voor verkoop van het vervallen monument, zonder verdere bespreking in de gemeenteraad.
Tijdens de commissievergadering van 4 juni 2020 kwamen voor het laatst alle voorwaarden voor de verkoop aan bod. Raadslid Misja Groot (D66) noemde de Watermeterfabriek “een van de smeuïgste dossiers die we hier de afgelopen jaren voorbij hebben zien komen”. Voor raadslid Louise van Zetten (Hart voor Haarlem) betekende het dossier zelfs het begin van haar politieke carrière: “Ik zat in de wijkraad en er zou een theehuis komen, vervolgens ben ik in de politiek terecht gekomen”.
Groot noemt het dossier smeuïg omdat het zo’n beetje alles omvat dat een lid van de commissie Ontwikkeling kan tegenkomen: “Wij hebben een postzegelbestemmingsplan vastgesteld. We hebben het bij motie een gemeentelijk monument gemaakt. We hebben gesproken over het toevoegen van een dienstwoning. Er is tot aan de Raad van State gediscussieerd. We hebben het over parkeren gehad. En mevrouw Prins heeft nog uitgebreid gesproken over de slootjes en de bomen op dit terrein.” Verkoop volgens de vastgelegde voorwaarden is nu het sluitstuk van dit dossier.
Maarten Wiedemeijer (PvdA) vindt dat de kleinschalige horecagelegenheid in de Watermeterfabriek nu snel tot ontwikkeling moet komen, alle voorwaarden zijn volgens hem goed in het verkoopcontract opgenomen. Hij vermoedt dat het gekocht zal worden door een ondernemer met diepe zakken, die zich niet door de huidige economische tegenwind zal laten weerhouden het gemeentelijke monument op te knappen tot iets moois.
Breder kijken dan verkoopprijs
Wiedemeijer noemde de inspraakreacties van de betrokken wijkraden en een horecaondernemer om breder te kijken dan alleen de verkoopprijs interessant. “Ideologisch-theoretisch zou ik daarvan gecharmeerd zijn geweest, maar dat zou niet erg pragmatisch zijn. Maar ik ondersteun de oproep in algemene zin.” In een weerwoord stelde Alexander Bruch (VVD) daar ideologisch helemaal niet van gecharmeerd te zijn. “Dat moeten wij niet doen.”
De discussie spitste zich – afgezien van opmerkingen over de lange duur van het traject en het daarmee samenhangende verval en waardevermindering van het gebouw – toe op de horecacategorie (waarom I en niet II?) en de ecologische groenstrook van 350 vierkante meter langs het perceel, die apart te koop wordt aangeboden voor 17.000 euro.
Status drukt prijs
In een korte toelichting verklaarde wethouder Jur Botter (D66) dat de relatief lage opbrengst van het object kan worden verklaard uit de status van gemeentelijk monument. Hij memoreerde dat die status met slechts één stem verschil is verkregen. Door de getaxeerde waarde van 330.000 euro gaat het om een procedure met zogeheten ‘lichte voorhang’ in plaats van ‘zware voorhang’, die gebruikelijk is bij een geschatte opbrengst boven een half miljoen euro. En vanaf het begin is de insteek horeca I geweest – “open tot uiterlijk 22.00 uur, maar wel met een biertje en een wijntje”.
Dat de verkoopwaarde is getaxeerd door het bedrijf Forvalue uit Amersfoort heeft te maken met de expertise van deze onderneming. “Het bedrijf is gespecialiseerd in horeca I bedrijven in monumenten”, legt de wethouder uit. Door de status van gemeentelijk monument zijn volgens Botter veel wensen van de raad, zoals bijvoorbeeld een groen dak, niet afdwingbaar. Ook moet de gemeente geen bepalingen willen opnemen over de akoestische karakteristieken van de gebruikte materialen op het terras. “Als er klachten zijn komt de milieudienst IJmond meten en is het mis, dan grijpen we in.”
Motie vreemd
Als laatste punt in de vergadering kondigt commissielid Moussa Aynan (Jouw Haarlem) aan een zogeheten ‘motie vreemd’ in te zullen dienen. Hij is het oneens met de gevolgde procedure, waardoor pas na verkoop verantwoording zal worden afgelegd. Voor de verkoop van de Watermeterfabriek heeft dit echter geen gevolgen, die kan van start.
Speak Your Mind